In het prachtige Hof Bladelin schuilen enkele kunstwerken die verbonden zijn aan de rijke geschiedenis van het Stadspaleis. De medaillons van Lorenzo de’ Medici en Clarice Orsini zijn een van de vele blikvangers die je er kunt bewonderen.
Medaillons van het echtpaar Lorenzo de' Medici en Clarice Orsini
Het toonbeeld van de renaissance-ornamentiek zijn de twee medaillons in de patiotuin van het Hof Bladelin. Ze bewijzen de aanwezigheid van de wereldberoemde familie de’ Medici. De twee tondo’s tonen de portretten van Clarice Orsini en van haar man Lorenzo de’ Medici. Ze werden vermoedelijk gemaakt ter gelegenheid van hun huwelijk, tijdens het gouverneurschap van Tommaso Portinari. Het embleem van de familie de’ Medici met de ring en de drie struisvogelveren, is prominent aanwezig in de compositie van de tondo’s.
Het Engelenpaar door Laurent Delvaux
In opdracht van de aartshertog Karel Alexander van Lotharingen beeldhouwde Laurent Delvaux tussen 1761 en 1763 het Engelenpaar. De aartshertog was gouverneur van de Oostenrijkse Nederlanden tijdens de regering van keizerin Maria Theresia van Oostenrijk. Hij kocht de beelden aan ter waarde van 18000 Brabantse Florijnen. Ze waren oorspronkelijk bestemd voor de hofkapel in Brussel, maar in 1794 werd de hofkapel tijdens de Franse bezetting ontmanteld. Het Engelenpaar kwam bij de beeldhouwer Gilles-Lambert Godecharle terecht, die hij tot 1827 in zijn atelier bewaarde. Mogelijk heeft De Foere de beelden hier gekocht, om ze in de classicistische kapel van het Hof Bladelin te plaatsen. Vier studiemodellen van de beelden bevinden zich in het Musée des Arts Décoratifs de Namur, het Musée Communale de Nivelles en in een privécollectie.
Glasramen door het atelier van Jules Dobbelaere
In de gevels van het Hof zitten aan weerszijden zes kleurrijke en sierlijke glasramen. Het atelier Jules Dobbelaere (1859-1916) uit Brugge ontwierp en maakte ze in 1901. Jules Dobbelaere, geboren en getogen in Brugge, leerde de kneepjes van het vak door zijn vader Henri Dobbelaere. Na de dood van zijn vader nam hij op zesentwintigjarige leeftijd het atelier over. Hij maakte glasramen voor kerken, kloosters en kapellen in België, maar drukte ook zijn stempel op de internationale markt. Na het overlijden van Jules Dobbelaere was er geen officiële opvolger die het atelier in goede banen kon leiden. In 1918 nam een familielid het atelier over, maar het bereikte nooit meer het internationale succes dat het eerder kende.
Zuster Gabrielle Claeys kamer
De Zuster Gabrielle Claeys kamer kan je betreden via de voormalige bankzaal of de inkomhal. Een centrale deur in de binnenmuur verbergt een ingemaakte kast. De wanden zijn afgewerkt met kamerhoge lambriseringen of wandbetimmering waarin schilderijen op doek zijn gespannen. Ze bestaan uit vergulde lijsten met hoekmotieven, waarin een slingerende banderol en aren zijn weergegeven. De kleine schilderijen hebben als centraal motief bloemenslingers, de grote hebben ronde of ovale medaillons met een eiland- en zeegezicht.
Vijftiende-eeuwse balksleutels
De vijftiende-eeuwse Bourgondische balksleutels tonen geschilderde en gebeeldhouwde wapenschilden. Ze versterkten de gezagspositie van de eigenaar en weerspiegelden politieke machtsverhoudingen. Op heel wat openbare gebouwen, pleinen en grafelijke residenties dienden de wapens van de stad als herkenbare blikvangers. In de getuigenis van de aanwezigheid van de’ Medici mogen we de balksleutels in de bankzaal niet vergeten. Je herkent het wapenschild van de’ Medici aan de acht bollen met hun devies “Semper”, de drie pauwenveren in een ring en de banderol. Filips de Goede en Karel De Stoute zijn aan de andere zijde te herkennen aan het halssnoer van de Orde van het Gulden Vlies en het embleem van de Bourgondische hertog met de silexsteen.
Praktische informatie
Toegankelijkheid
- Personen met een beperking kunnen zich wenden tot de balie.